Naar een lokale SDG-agenda voor de gebouwde omgeving

Tijdens het Jaarcongres Stedelijke Transformatie van 13 februari 2020 organiseerde Stratego Advies een goed bezochte workshop over de SDG’s in de gebouwde omgeving.  Onderstaand wordt verslag gedaan van deze sessie, overgenomen van StedelijkeTransformatie.NL

Kleur bekennen:
DE SDG’s ALS KOMPAS VOOR STEDELIJKE TRANSFORMATIE

De Sustainable Development Goals geven richting aan het mondiale streven om van de wereld een betere plek te maken. Stedelijke transformaties hebben de potentie om daar een belangrijke bijdrage aan te leveren, is de vaste overtuiging van Bas van de Griendt (Stratego Advies). Samen met Jos Sentel (Syntrus Achmea Real Estate & Finance) en Marcel Herms (gemeente Utrecht en Utrecht4GlobalGoals) daagt hij congresgangers uit om, nagenoeg letterlijk, kleur te bekennen en de vertaalslag naar de gebouwde omgeving te maken.

De zeventien Sustainable Development Goals zijn in 2015 door alle 193 leden van de Verenigde Naties vastgesteld. Veel overheden, organisaties en bedrijven identificeren zich er sindsdien mee, óók in de vastgoedsector, al is daar naar verhouding nog een wereld te winnen. In 2019 deed Van de Griendt onderzoek naar de bekendheid van de SDG’s onder vastgoedprofessionals en kwam tot een score van 39%. Hoger zijn de scores van andere onderzoeken onder CEO’s van beursgenoteerde ondernemingen en duurzaamheidsmanagers van uiteenlopende bedrijven: meer dan 90% van hen is met de doelen bekend. Vooral beleggers en aandeelhouders die belang hebben bij de lange-termijn-gezondheid van bedrijven, omarmen de ontwikkelingsdoelen en zetten die in toenemende mate in als license to operate.

Beleggers zetten de toon

Beleggen met betekenis’ prijkt met grote letters op de openingssheet van de presentatie van Jos Sentel, manager Strategy en Research bij Syntrus Achmea. ‘Voor grote pensioenfondsen beleggen wij in vastgoed en hypotheken. We streven hierbij zowel naar financieel als maatschappelijk rendement. Samen met de pensioenfondsen maken we dankbaar gebruik van de SDG’s om het maatschappelijk effect van beleggingen uit te drukken.’ Sentel en Van de Griendt zien dat de SDG’s via beleid van institutionele beleggers als Syntrus Achmea doorsijpelen naar wereld van vastgoed en gebiedsontwikkeling. Van de Griendt: ‘Het wordt voor ontwikkelaars en bouwers steeds belangrijker, zo niet noodzakelijk, om te kunnen uitleggen hoe hun transformatieprojecten bijdragen aan de SDG’s. Denk ook aan Bouwinvest, eveneens belegger in vastgoed, die zich in 2020 ten doel heeft gesteld om met minimaal 70% van haar investeringen bij te dragen aan de SDG’s.’

Top 5 voor gebiedsontwikkeling, SDG11 op één

Welke van de zeventien SDG’s zijn relevant voor gebiedsontwikkeling in Nederland? Van de Griendt peilt dat onder de aanwezigen; onderstaande grafiek geeft de uitkomst weer. Duurzame steden en gemeenschappen (SDG11) staat met stip op één, gevolgd door betaalbare en duurzame energie (SDG7), goede gezondheid en welzijn (SDG3), verantwoorde consumptie en productie (SDG12) en klimaatactie (SDG13). Deze top 5 wordt gevolgd door drie SDG’s die als het ware een waterscheiding met de rest vormen en kunnen worden gezien als middelen om tot duurzame ontwikkeling te komen: onderwijs (SDG4), partnerschap (SDG17) en innovatie en infrastructuur (SDG9). Voor Van de Griendt is de uitkomst geen verrassing: ‘deze top 5 komt precies overeen met de bevindingen van mijn onderzoek onder vastgoedprofessionals en eerdere enquêtes. Bovendien zijn het dezelfde SDG’s als waaraan pensioenfondsen en hun uitvoeringsorganisaties prioriteit geven’.

Er lijkt zowel in de zaal als daarbuiten grote consensus te zijn over SDG11 als ‘big hairy audicious goal’ voor een duurzaam ontwikkelde gebouwde omgeving. Volgens Van de Griendt kunnen andere SDG’s als ‘(sub)doelen van deze verbindende schakel’ worden gekenmerkt. ‘Het krachtige van SDG11 is dat in de omschrijving ‘duurzame steden en gemeenschappen’ zowel de fysieke, sociale als economische dimensie van duurzaamheid een plek heeft. Een deelnemer van de gemeente Leeuwarden refereerde hierbij aan de ‘Wedding Cake’, een benadering die aanspoort om in projecten bij te dragen aan doelen uit al deze drie ‘taartlagen’. Met name in de vastgoedsector zie je dat er soms nog met een erg technische en fysieke bril naar duurzaamheid wordt gekeken, terwijl overheden steeds integralere eisen en doelen aan gebieden stellen.’

Utrecht 4 Global Goals

Nog geen jaar na de vaststelling in 2015, committeerde de stad Utrecht zich aan de Sustainable Development Goals. Marcel Herms, adviseur SDG’s bij de gemeente Utrecht, vertelt hoe ze onder de noemer ‘Gezond Stedelijk Leven voor Iedereen’ lokale invulling geven aan de mondiale doelstellingen. Wat houdt dat in? Herms: ‘We willen het allereerst samen met de stad doen. Hiervoor is het netwerk ‘Utrecht4GlobalGoals’ in het leven geroepen. Zo werken we aan bekendheid en bewustwording en proberen we bedrijven te binden. Een dashboard met eigen indicatoren helpt ons als gemeente met het monitoren van prestaties en effecten.’

Welke meerwaarde hebben de SDG’s voor gemeenten en ontwikkelaars? Herms wijst naar de verbindende waarde van de doelen: ze vormen een internationale vocabulaire, een gemeenschappelijke taal, die wervend is en als kapstok kan dienen voor lokaal beleid en partijen die daarvoor nodig zijn. Daarnaast stimuleren de SDG’s een integrale en op de lange termijn gerichte kijk op de leefomgeving. Bovendien zijn de doelen niet opgesteld vanuit het oogpunt of de verantwoordelijkheid van één partij. Sterker nog: de doelen zijn alleen haalbaar als landen, overheden, marktpartijen en organisaties samenwerken. ‘Partnerschap om doelstellingen te bereiken’, zo luidt niet voor niets het zeventiende ontwikkeldoel.

Naar een lokale SDG-agenda voor de gebouwde omgeving

De lokale en praktische vertaling van de SDG’s naar de (transformatie van de) gebouwde omgeving is niet eenvoudig, zo blijkt ook wanneer de deelnemers van de themasessie met die opdracht in groepen uiteen gaan. Van de Griendt onderscheidt zes gradaties van SDG-awareness. De sprong van stap 3 (selectie en prioritering) naar stap 4 en 5 (het bepalen van indicatoren en het stellen van doelen) is een uitdagende, erkent hij. ‘Het is belangrijk om die indicatoren en doelen  af te stemmen met investeringsagenda’s en overheidsbeleid. Een bijdrage leveren een duurzame ontwikkeling van onze steden en zo komen tot maatschappelijk rendement: daar is het pensioenfondsen, beleggers en overheden in essentie om te doen. Het is de vastgoedsector die daarin op lokaal niveau het verschil maken. Het ligt voor de hand dat juist zij het voortouw nemen bij het opstellen van een lokale SDG-agenda voor de gebouwde omgeving.’

Meer weten over de SDG’s?
Klik HIER voor o.a. de white paperSDG’s en de vastgioedsector